Op deze zondag Laetere klinkt Verheugd u! Het is Halfvasten,
we zijn op de helft. In sommige carnavalsgebieden wordt vandaag weer een
optocht gehouden. Het lijkt dan een beetje alsof we de vastentijd even pauzeren
en op ademkomen. Niets is minder waar. We zien al iets van de vreugde van Pasen
doorschijnen. Daar mogen we vreugdevol naar uitkijken. Er is veel waar we zo
naar uit kunnen zien. Kinderen tellen de nachtjes vaak af tot hun verjaardag.
Soms zien we uit naar iets leuks dat er in de agenda gepland staat. Dit uitzien
naar heeft vaak wel met onszelf te maken. Gelukkig kunnen we ons soms ook verheugen
in dat wat anderen meemaken. Bijvoorbeeld bij een zwangerschap in jouw
omgeving, of een vriend die op het punt staat om een mooie reis te maken. Je
kan dan blij zijn voor de ander. Bijvoorbeeld als iemand een mooie ontwikkeling
doormaakt en eindelijk die mooie stap zet die je hem zo gunt.
Dat je verheugen in de ander geen vanzelfsprekendheid is, zien we terug in het Evangelie. De Farizeeën en Schriftgeleerden bekijken Jezus met argusogen. Hij zegt dingen die zij niet op prijs stellen, brengt veel mensen op de been en gaat ook nog eens met zondaars om. Hij eet en drinkt zelfs met hen. Dat kan niet goed zijn. Zij redeneren vanuit de gedachte: ‘waar je mee omgaat, daar raak je mee besmet’. Daar moet je dus verre van blijven. Dat deze “zondaars” juist door Jezus geraakt worden, dat zien ze niet. Jezus vertelt het bekende verhaal van de Verloren zoon om hen de ogen te openen. Al dekt die titel de lading niet. Zoals Jezus zelf zegt; het verhaal gaat over een man met twee zonen. Alle drie doen er toe. De jongste zoon, die een verkeerde keuze maakt en op zijn fouten terugkomt. De oudste zoon die daar iets van vindt en eigenlijk negatief reageert op de terugkomst van zijn broer. De vader die zijn hart laat spreken en kansen biedt tot groei en genezing. Jezus houdt zijn toehoorders hiermee een spiegel voor en zet hen als het ware Gods bril op; Kijk verder en zie in de ander jouw broeder en zuster. Die spiegel geldt ook voor ons. Hoe reageren we op de ander? Kunnen we ons verheugen, of hebben we alleen aandacht voor ‘de zonde’; de misstap, voor dat wat bij de ander ontbreekt?
Gods liefde kijkt verder dan onze fouten en nodigt ons uit om ons te verheugen in herstel, ook van anderen. Daar mogen we ons op richten. Deze gelijkenis is het derde verhaal in een reeks. Jezus probeert de ogen van zijn toehoorders namelijk in drie stappen te openen. De knipselkrant van het Vaticaan heeft twee verhalen er vandaag uit verwijderd, maar zoek ze vanmiddag thuis eens op. De eerste twee gelijkenissen gaan over het verlorene dat teruggevonden wordt. In het eerste stukje verliest een herder een van zijn schapen. Hij laat de rest van zijn kudde achter om het verloren schaap te vinden. Dit leidt tot prachtig feest. Volgens Jezus is er in de hemel meer blijdschap over één mens die terugkomt, dan over negenennegentig die nooit zijn weggeweest. Daarna vertelt Jezus over een vrouw die een muntje kwijt is. Ze haalt haar hele huis overhoop om dat centje terug te vinden en als ze het vindt, geeft ze een feestje. Volgens Jezus is dat het beeld van de hemel: zo blij zijn de engelen als één mens zich omkeert naar God. Eigenlijk zijn het absurde voorbeelden. Een herder die negenennegentig schapen in de steek laat om er ééntje te vinden; dat wordt een lastig functioneringsgesprek want die heeft zijn prioriteiten niet op orde. Je huis overhoop halen voor een muntje klinkt tegelijkertijd ook niet helemaal gezond. Dit zegt wel iets over God. Hij gaat tot het uiterste om ons de ruimte te geven om bij Hem terug te keren en dat levert een onbeschrijfelijke vreugde op. Zoals een vader die naar zijn kind rent van wie hij dacht dat deze verloren was. Het is die vreugde, die blijdschap, die zonder maat is. Gods hart gaat naar ons uit; een prachtige liefde om te kunnen beantwoorden.
Als we dit al voor onszelf kunnen accepteren, wat al een hele uitdaging is, is het nog een grotere stap om te ervaren dat dit ook voor anderen geldt. Het is makkelijk om te bedenken dat Gods liefde uitgaat naar mensen die we leuk en aardig vinden; maar het geldt ook voor mensen die wij moeilijk vinden. Die van ver komen, of misschien iets kapot hebben gemaakt en ons vertrouwen hebben beschaamd. Kunnen we dan verder kijken dan de zonde; het tekort of het verleden? Kijken we met onze eigen kaders of kunnen we proberen met Gods ogen te zien?
Juist op deze zondag Laetare, waarop het verheugen centraal staat, daagt het evangelie ons uit om die vreugde niet alleen voor onszelf te bewaren. God ziet niet alleen wie we nu zijn, maar wie we kunnen worden. Hij ziet groeiruimte, ook waar wij misschien alleen het verleden zien. Zo leren kijken vraagt oefening. Het is geen knop die je omzet, maar wel een weg waarop je kunt groeien. Die groei begint bij eerlijkheid over onze eigen fouten en tekorten. Durven erkennen wat in ons verloren is gegaan. Zien dat ook wij behoefte hebben aan vergeving en genezing. Van daaruit kunnen we ruimte maken voor bekering bij onszelf. Bekeren is geen terugdeinzen, maar juist een uitnodiging: om op te staan, thuis te komen, en ons te laten omhelzen door de Vader. Als we dat kunnen, als we zelf die vreugde ervaren, dan herkennen we ook de bekering van de ander. Dan hoeven we niet te blijven hangen in wantrouwen, maar mogen we ruimte geven en het feestje meevieren. Zo proeven we iets van Gods vreugde. Want God bouwt geen kerk van perfecte mensen. Hij bouwt een thuis voor geliefde mensen, voor ons; mensen die steeds opnieuw mogen beginnen. Dat is wel een feestje waard. Amen.
Reacties
Een reactie posten