Doorgaan naar hoofdcontent

23ste zondag door het jaar C



Als iets echt belangrijk voor je is, ga je er helemaal voor. Dat zien we gebeuren bij topsporters die elke dag trainen. Aan artiesten die blijven oefenen en ook bij mensen die van elkaar houden en die liefde blijven voeden. Alles wordt in het licht gesteld van dat grotere doel; vroeg opstaan, trainen, en meer dan soms een feestje afzeggen.  Als iets in de weg staat; schuif je het opzij. Soms hoor je na een sportcarrière weleens interviews van balende sporters die zich afvragen of het het wel allemaal waard was. Tegelijkertijd zouden ze het waarschijnlijk zo weer doen.  Waar je ja tegen zegt, bepaalt waar je nee tegen leert zeggen.

Vandaag zijn we met Jezus op weg naar Jeruzalem. Hij is niet alleen, een grote groep trekt met Hem op. Het klinkt als een succes en zij hebben allemaal hoge verwachtingen van Jezus. Hij zou weleens de nieuwe Koning kunnen zijn, zo denken ze. Daar komt allemaal wensdenken bij kijken; eindelijk iemand die de boel oplost. Hij gooit de Romeinen eruit, Hij regelt de stikstofcrisis, Hij krijgt de opvangcrisis onder controle en Hij trekt de huizenmarkt vlot. Jezus als een duizenddingendoekje en alles is opgelost. Jezus heeft het door en besluit de dromers met hun neus op de feiten te drukken. Hij zegt eerlijk wat het kost om Hem te volgen. Hierbij gebruikt Hij stevige woorden. Hij spreekt over het haten van  familie en je eigen leven, over het kruis dragen. Dit zegt Hij niet om mensen weg te jagen, maar om ons scherp te houden. Daarbij gebruikt Hij twee beelden. Wie een toren wil bouwen, gaat eerst zitten om te rekenen of hij genoeg heeft. Wie als koning oorlog overweegt, telt eerst zijn manschappen en vraagt zich af of vrede sluiten niet wijzer is. Met andere woorden: bezint eer je begint. Denk na en weet waar jij ja op zegt. Anders haak je af bij het eerste zuchtje tegenwind. Want het leven wordt ingewikkeld.

Daarom mogen we onszelf steeds die vraag stellen; wat is onze schat? Waar gaan wij helemaal voor? Dat bepaald namelijk ook jouw keuzes. We weten dat God van ons houdt, dat wij Zijn Geliefde kinderen zijn. Die liefde mogen we in vrijheid beantwoorden en dat brengt verandering met zich mee.

Dat is soms moeilijk te bevatten en dat roept de vraag op wat God ermee bedoelt. De eerste lezing helpt daarbij. In het Boek Wijsheid klinkt het nuchter: wie kan het plan van God nu helemaal begrijpen? We hoeven niet alles compleet te doorzien. Dat is ook helemaal niet mogelijk. Daarom bidden wij om wijsheid en mogen wij erop vertrouwen dat Gods Geest ons de wegen zal wijzen. Hoe het leven van een leerling van Jezus dan concreet wordt zien we in de brief van Paulus. Hij schrijft hier aan Filemon, ook een christen. Filemon heeft een slaaf, Onesimus. Hij is gevlucht en bij Paulus terechtgekomen. Daar vindt Onesimus geloof en een nieuw leven. Paulus leeft in gevangenschap en is erg op Onesimus gesteld. Toch stuurt hij hem terug, maar wel met de vraag aan Filemon om hem als broeder te ontvangen. Als leerlingen van de Heer zijn wij nieuwe mensen. We moeten barmhartigheid betonen. Paulus nodigt Filemon en dus ook ons uit om verder te kijken dan verschillen en niet te blijven hangen in een oordeel. Ook in onze tijd mogen we de “Onesimus” herkennen en dan rechtvaardig en liefdevol  handelen. Paulus kiest niet voor gemak, maar voor verzoening en verantwoordelijkheid. Dat is navolging in het klein en het heeft een prijs. Zo geeft de Schrift ons houvast om onze ja bewust te kiezen.

Toch blijft er in het Evangelie een lastig woord doorklinken: haten. Dit moeten we niet te letterlijk nemen. Jezus vraagt geen afkeer van de mensen die je lief zijn. Hij spreekt hele duidelijke taal om een prioritering aan te geven, een volgorde. Als wij Jezus’ liefde willen beantwoorden, dan komt dat op de eerste plaats. Al het andere komt daarna. Dat is een positieve keuze, geen minachting van het andere. Het heeft natuurlijk wel gevolgen. Soms moet je eerst leren loslaten. Voor de één is dat zekerheid. Voor een ander bezit. Voor weer een ander de drang om alles onder controle te houden. Daar mogen we eerlijk naar kijken door onszelf de vraag te stellen: “Wat staat er tussen mij en het volgen van Jezus in?”

We zijn leerlingen van de Heer. Daar mogen we steeds opnieuw stappen in zetten. Juist nu, aan het begin van een nieuw seizoen, een nieuw werkjaar, is het goed onszelf af te vragen: hoe wil ik leerling zijn? Wat heb ik daarvoor nodig? En wat moet ik misschien loslaten? Dat geldt voor ieder van ons persoonlijk, en ook voor ons samen als gemeenschap.

Daarbij kunnen we bidden, vragen, en antwoord geven.

Het begint met bidden om wijsheid, want alleen God kan ons leren wat goed is. Hij belooft ons zijn Geest, en die zal ons de weg wijzen.

We hoeven het ook niet alleen te doen. Zoals Paulus Filemon schreef, zo mogen ook wij elkaar vragen stellen, elkaar om hulp vragen. Het geloof is geen soloproject. Samen kunnen we elkaar aanvullen. We hoeven ons oordeel niet altijd klaar te hebben, soms is een open vraag al genoeg.

Dat alles hoort bij de voorbereiding. Maar dan komt ook het moment om echt een stap te zetten. Zet die stap als leerling van de Heer. Niet omdat het makkelijk is, maar omdat Jezus het waard is. Wij zijn Gods geliefde kinderen, en wij mogen die liefde beantwoorden. Wie zo zijn ja geeft, ontdekt gaandeweg: Jezus vraagt veel, maar Hij geeft nog meer. Amen.


Afbeelding: Vijfde statie van de kruisweg in Pasierbiec: paus Johannes Paulus II afgebeeld als Simon van Cyrene die het kruis draagt. Te vinden buiten de Basiliek van Onze-Lieve-Vrouw van Troost. via: https://christian.art/daily-gospel-reading/luke-14-25-33-2019/

Reacties

Populaire posts van deze blog

14e zondag door het jaar C

Een tijd je terug ging in de avond de deurbel bij de pastorie. Ik verwachtte niemand en besloot de bel gewoon te negeren. Er werd nogmaals gebeld, stiekem keek ik even uit het raam en ik zag iemand met een rugzak staan. Het gebeurt vaker dat er aangebeld wordt en men om hulp vraagt, vaak in de vorm van geld voor een treinkaartje, eten of een plek om te slapen. In alle eerlijkheid, ik had er geen zin in. Mooier maken kan ik het niet en ik negeerde de bel. Toen kreeg ik een smsje, doorgestuurd vanaf de Noodtelefoon. De deurbeller had het nummer gevonden en zijn vraag verzonden. Hij bleek een missionaris te zijn die een slaapplek zocht. Mijn motivatie en zeker de gastvrijheid en naastenliefde was nog steeds niet erg hoog, maar ik besloot dat ik hem minstens aan kon spreken; alvorens af te poeieren. De missionaris vertelde dat hij, indachtig het Evangelie van vandaag, zonder spullen door Nederland trok om het Evangelie te leven en te verkondigen. Hij noemde bij een nieuwe orde te horen e...

19e zondag door het jaar C

  In mijn jonge jaren verzamelde ik van alles en nog wat. Een periode waren het steentjes. Als ik dan ging wandelen en een mooi exemplaar vond, sjouwde ik deze met mij mee. Het was dan een bijzondere schat die later in mijn kamertje een plek vond. De kleine verzameling is op een gegeven moment verdwenen. Het was dan ook geen echte schat voor mij, maar gewoon iets dat tijdelijk leuk was. Allemaal hebben we iets wat voor ons belangrijk is. Iets dat je als een schat, als rijkdom beschouwt. Dit kan een object zijn, maar misschien ook wel familie, gezondheid, mooie reizen maken. Iets waar je niet zonder zou kunnen, wat blijvende vreugde schenkt.   Jezus vraagt ons er ook naar: wat is jouw schat? Waar gaat je hart het meest naar uit? Hij zegt: “Waar je schat is, daar zal ook je hart zijn.” En dan gaat Hij nog een stap verder: Hij nodigt ons uit om onze schat niet hier op aarde te verzamelen, maar in de hemel. Want zo leiden we een leven met God. Zo’n leven vraagt ook iets van ons. O...

Pinksteren

Van harte gefeliciteerd! Vandaag vieren we de verjaardag van de Kerk. Hiermee bedoel ik dit niet gebouw of de parochie die wij samen vormen, maar de Kerk met een hoofdletter. Na Pasen belooft Jezus aan zijn leerlingen een Helper, de H. Geest en vandaag vieren we dat Hij daadwerkelijk aan ons gegeven is. Het brengt de leerlingen letterlijk in beweging en zij trekken de wereld over om dat Goede Nieuws verder te verspreiden. De Kerk is geboren. Proficiat! De heilige Geest is in het beeld toch vaak de wat grote onbekende als we naar God kijken. Bij God de Vader hebben we wel een beeld, God de Zoon voelt benaderbaar, maar die God de Heilige Geest blijft wat ingewikkeld. Terwijl Hij er al vanaf het begin bij is. In het scheppingsverhaal komen we de Geest al tegen: “In het begin schiep God de hemel en de aarde. De aarde was woest en leeg; duisternis lag over de diepte, en de geest van God zweefde over de wateren” [cf. Gen. 1, 1.2] Door heel de Bijbel ontmoeten we de Geest. In de oorspronke...